Dongola: 25.01.2020
In Sudan zijn we de rest van de reis onderweg met 7 auto’s met chauffeur, 1 pick up met kok en hulpkok en extra onze Sudanese gids Mussa.
In elke auto 3 passagiers, niet meer 4 zoals nog de vorige reis.
Sjoerd had daarover geklaagd en gezien vooral de offroad trajecten is dit wel heel fijn!
Sjoerd had daarover geklaagd en gezien vooral de offroad trajecten is dit wel heel fijn!
De eerste morgen in Sudan kijken we nog kort rond in Wadi Halfa, gaan dan over de asfalt weg richting zuiden.
Bij de ferry aangekomen die ons naar het Sai eiland overzet gaan we eerst lunchen. Onze eigen keuken crew heeft een verrassend lekkere en royale maaltijd klaargemaakt. In 2 keer gaat het dan naar de overkant
Bij de ferry aangekomen die ons naar het Sai eiland overzet gaan we eerst lunchen. Onze eigen keuken crew heeft een verrassend lekkere en royale maaltijd klaargemaakt. In 2 keer gaat het dan naar de overkant
We bezoeken de eerste historische monumenten, je moet goed kijken om er wat te zien.. en komen daarna bij onze zeer eenvoudige guesthouses. Het is niet meer dan een kamer met een bed. Buiten een wc en koud water. Een stel van onze groep werd zelfs in de echtelijke slaapkamer ondergebracht.
De volgende morgen de zelfde weg terug, weer met de ferry.
Een stukje verder naar het zuiden nemen we weer een andere ferry en gaan op weg naar de Tempel van Soleb, gedeeltelijk offroad.
Aan het eind van de middag komen we daar aan, rijden eerst een stukje verder om de Tempel van Ty te bekijken en gaan dan terug naar de Tempel van Soleb. Nog net voor zonsondergang zijn we daar. Gelukkig ligt ons Guesthouse maar een paar honderd meter verder. Het is weer een zeer eenvoudig onderkomen. Sommige kamers hebben een zand vloer. Wij hebben gelukkig een cement bodem. Er is al genoeg zand overal om ons heen…
De volgende morgen rijden we een klein stukje verder naar een rots-duin waar je op kunt klimmen voor een mooi uitzicht over de Nijl.
Dan gaat het weer terug naar dezelfde ferry. Onderweg nog even bij de resten van de Tempel van Sesibi langs.
Het is vrijdag en om 12 uur is het gebeds tijd en ligt de ferry een uur stil. Gelukkig zijn we er net voor twaalven en komen we er weer in 2 keer allemaal over.
Verder off-road naar het 3e cataract, op de hoge oever hebben we weer een mooi uitzicht. Daarna bekijken we nog wat rotsschilderingen en komen net voor zonsondergang aan op onze kampeer plek, mooi gelegen aan de voet van de zwarte rotsen. Het kamp is in de korts mogelijke tijd opgezet. 3 auto’s in U opstelling, daarvoor mooie gekleurde doeken tegen de wind en in het midden de lange eettafel.
Ook hier weet de keuken ploeg een heerlijke maaltijd te serveren. Na een goede nachtrust in het kleine tentje staat er de volgende morgen ook weer een heerlijk ontbijt klaar. We rijden door meerdere Nubische dorpen met hun mooie lemen huizen waarvan de hoeken net wat schuin staan. Bekijken de petroglieven bij Tombos waar ook het niet afgemaakte standbeeld van farao Tharaqa er wat verloren bij ligt.
In heel Nubie is er nog relatief weinig aandacht-bewustzijn voor hun archeologische monumenten. Veel is er van lemen bakstenen gemaakt en dus gevoelig voor de weersomstandigheden. Ook zijn er vroeger veel van de stenen van de monumenten gebruikt voor het bouwen van huizen.
In Kerma hebben we tijd om rond te kijken op de markt en eten we er, waarna we naar het museum rijden dat naast de restanten staat waar 3000 jaar geleden het eerste Nubische koninkrijk werd gesticht. Ook staat er de Defuffa, een imposante lemen constructie waarvan niet duidelijk is wat de functie was.
Veel voorwerpen uit dit museum waren vorig jaar in het Drents Museum in Assen te zien. in Kerma zouden ze eens wat meer met een poetsdoek moeten rond gaan, je kunt zien dat er geen geld is en matige interesse voor hun kunstschatten.
We slapen deze nacht in een “resort” of te wel ieder heeft een hotelkamer met terrasje waar we lekker in de zon zittende de dag aan ons voorbij laten gaan.